Urgenda wint ook hoger beroep: staat moet CO2-uitstoot verder terugdringen
Het gerechtshof in Den Haag deed vandaag uitspraak in het hoger beroep van de Nederlandse staat tegen Urgenda, actiegroep voor duurzaamheid en innovatie. In 2015 behaalde Urgenda een opmerkelijk succes, toen het een juridisch geschil tegen de staat won. Daarin wilde het afdwingen dat de regering tussen 1990 en 2020 een kwart reductie van CO2-uitstoot in Nederland zou behalen. De staat ging in hoger beroep, omdat zij vond dat de rechter met deze uitspraak te veel op de stoel van de wetgever was gaan zitten.
Het hof is het niet met de staat eens dat de rechter hier niets over te zeggen heeft. De rechter moet rechtstreeks werkende bepalingen toepassen van verdragen waarbij Nederland partij is, zo valt in de uitspraak te lezen. Deze bepalingen maken deel uit van de Nederlandse rechtssfeer en hebben zelfs voorrang op Nederlandse wetten die daarvan afwijken.
Terugdringen
Urgenda en de staat zijn beide van mening dat de uitstoot van broeikasgassen, zoals CO2, grote gevaren met zich meebrengt voor het leven op aarde. Maar Urgenda wil dat de staat sneller gaat zorgen voor een lagere uitstoot dan de regering nu voor ogen heeft. Het Haagse gerechtshof is dit eens met de actiegroep. Gelet op de grote gevaren die dreigen te ontstaan, zouden al op korte termijn maatregelen genomen moeten worden om de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen, zo vindt het hof. Het is voor het eerst dat een overheid door een rechter in hoger beroep wordt verplicht tot het ondernemen van meer actie tegen.
