Schadenet-lid Van Mossel toont op zijn website het Van Mossel Autoschade-logo en niet dat van Schadenet

Schoonhovens blik | Grensoverschrijdend

Johan Schoonhoven Johan Schoonhoven

Regionale grenzen worden nationale grenzen, want Broekhuis maakte met de genoemde overname de sprong naar een gebied buiten zijn vertrouwende regio waardoor deze voormalige Automotive Company of the Year nu ook Audi, Volkswagen en Fiat aan zijn merkenpalet toevoegt. Ook verwierf het de schadeherstelbedrijven van Martin Schilder. De vraag is hoe Broekhuis de schadetak inricht en profilieert. Met de opkomende schadestroomstimulering via de dealer door verzekeraars, de hernieuwde aandacht voor merkerkenningen en de intensievere contacten tussen verzekeraars en merken, tekent zich meer en meer een strijd af op ‘merkniveau’. Waarom zou je als dealerholding nog de naam van een universele keten voeren en niet de eigen naam promoten voor de eigen schadeherstelketen of individuele bedrijven? En wat voegt de deelname aan een generieke keten nog aan waarde toe?

Ik zie dealers – al dan niet voorzichtig – steeds meer hun eigen merk promoten in plaats van het logo van de keten waarvan ze lid zijn. Van Mossel toont op zijn website duidelijk zijn eigen Van Mossel Autoschade-logo en niet dat van Schadenet, de universele keten waar het lid van is.

Hybride vorm

De drie Wensink Schadeherstel vestigingen in Apeldoorn, Groningen en Hoogeveen zijn AAS-lid, maar op de eigen website is daar niets van terug te vinden. Sterker nog, Wensink verwijst de klant naar de dealervestiging van één van de Wensink merken en geeft zo concreet invulling aan de regierol bij merkerkend schadeherstel. Een meer hybridevorm zien we bij de schadebedrijven van de Oostendorp Groep. Als ABS-lid prominent op de corporate website en op de eigen website met een eigen logo, maar mét vermelding van het ABS-logo. Van Zwienen kiest voor ‘best of both worlds’ met Van Zwienen 3A ASN Autoschade.

Ik denk dat de kern van de keus voor schadeherstel onder eigen naam of een landelijke keten zit in de klantengroep: verzekeraars en/of leasemaatschappijen en of deze klanten individueel of collectief bediend (willen) worden. Verzekeraars vinden landelijke ketendeelname niet boeiend, zij hebben immers hun eigen netwerk met daarop toegespitste marketing en kiezen veelal voor individuele vestigingen. Leasemaatschappijen, die na tenders periodiek zaken doen met diverse ketens, hebben wel baat bij een generieke naam van de schadeherstelpartner waarnaar zij kunnen verwijzen. Herkenbaar voor de leaserijder en de universele ketens hebben hier het voordeel over een echt landelijk dekkend netwerk voor de leaserijders met schade te beschikken.

Dealers tonen hun eigen merk in plaats van de keten waar ze lid van zijn.

Dealerholdings hebben, al dan niet onder eigen naam, al langer hun eigen ketens, maar deze zijn veelal kleiner van omvang dan de bekende landelijke, hebben geen landelijke dekking en er is weinig samenhang in activiteiten of afwikkelingsmethodiek tussen de verschillende deelnemers. Kroymans, Stern, Markeur en Nefkens begonnen in 2005 met de Auto Schadeherstel Partner, waar Stern al snel weer uitstapte en het initiatief min of meer slapend verder ging. Ik denk dat ASP iets te vroeg was en dat het initiatief nu meer kans van slagen heeft, zeker als zo’n label zich primair gaat richten op de eigen merken van de aangesloten dealers en vanuit die filosofie een netwerk gaat aanbieden met louter merkerkende (dealerowned) schadeherstelbedrijven. Ook Schadeherstelmeester, waar onder andere Broekhuis lid van is, volgt deze koers.

Concurrentieverhouding

Het zal de concurrentieverhoudingen wel op scherp zetten, want de dealerholdings achter deze keten hebben een groot belang bij de omzet schadedelen en de grote afnemers hiervan zijn de universele ketens. En die zijn dus ook hun grootste concurrenten, in de strijd om de gestuurde schadestroom. Hier is wel de vraag hoe lang nog: PSA neemt inmiddels de distributie en verkoop van onderdelen al in eigen hand.

Johan Schoonhoven, directeur Zilverstad Consultancy

Geplaatst in rubriek:
Johan Schoonhoven
Johan Schoonhoven

Schoonhoven is oud-directeur van Schadegarant, een stichting die namens meerdere  verzekeraars een netwerk van schadeherstelbedrijven onderhoudt. Tegenwoordig is Schoonhoven zelfstandig adviseur en columnist bij Automotive.

Schoonhovens blik | Grensoverschrijdend | Automotive Online
Schadenet-lid Van Mossel toont op zijn website het Van Mossel Autoschade-logo en niet dat van Schadenet

Schoonhovens blik | Grensoverschrijdend

Johan Schoonhoven Johan Schoonhoven

Regionale grenzen worden nationale grenzen, want Broekhuis maakte met de genoemde overname de sprong naar een gebied buiten zijn vertrouwende regio waardoor deze voormalige Automotive Company of the Year nu ook Audi, Volkswagen en Fiat aan zijn merkenpalet toevoegt. Ook verwierf het de schadeherstelbedrijven van Martin Schilder. De vraag is hoe Broekhuis de schadetak inricht en profilieert. Met de opkomende schadestroomstimulering via de dealer door verzekeraars, de hernieuwde aandacht voor merkerkenningen en de intensievere contacten tussen verzekeraars en merken, tekent zich meer en meer een strijd af op ‘merkniveau’. Waarom zou je als dealerholding nog de naam van een universele keten voeren en niet de eigen naam promoten voor de eigen schadeherstelketen of individuele bedrijven? En wat voegt de deelname aan een generieke keten nog aan waarde toe?

Ik zie dealers – al dan niet voorzichtig – steeds meer hun eigen merk promoten in plaats van het logo van de keten waarvan ze lid zijn. Van Mossel toont op zijn website duidelijk zijn eigen Van Mossel Autoschade-logo en niet dat van Schadenet, de universele keten waar het lid van is.

Hybride vorm

De drie Wensink Schadeherstel vestigingen in Apeldoorn, Groningen en Hoogeveen zijn AAS-lid, maar op de eigen website is daar niets van terug te vinden. Sterker nog, Wensink verwijst de klant naar de dealervestiging van één van de Wensink merken en geeft zo concreet invulling aan de regierol bij merkerkend schadeherstel. Een meer hybridevorm zien we bij de schadebedrijven van de Oostendorp Groep. Als ABS-lid prominent op de corporate website en op de eigen website met een eigen logo, maar mét vermelding van het ABS-logo. Van Zwienen kiest voor ‘best of both worlds’ met Van Zwienen 3A ASN Autoschade.

Ik denk dat de kern van de keus voor schadeherstel onder eigen naam of een landelijke keten zit in de klantengroep: verzekeraars en/of leasemaatschappijen en of deze klanten individueel of collectief bediend (willen) worden. Verzekeraars vinden landelijke ketendeelname niet boeiend, zij hebben immers hun eigen netwerk met daarop toegespitste marketing en kiezen veelal voor individuele vestigingen. Leasemaatschappijen, die na tenders periodiek zaken doen met diverse ketens, hebben wel baat bij een generieke naam van de schadeherstelpartner waarnaar zij kunnen verwijzen. Herkenbaar voor de leaserijder en de universele ketens hebben hier het voordeel over een echt landelijk dekkend netwerk voor de leaserijders met schade te beschikken.

Dealers tonen hun eigen merk in plaats van de keten waar ze lid van zijn.

Dealerholdings hebben, al dan niet onder eigen naam, al langer hun eigen ketens, maar deze zijn veelal kleiner van omvang dan de bekende landelijke, hebben geen landelijke dekking en er is weinig samenhang in activiteiten of afwikkelingsmethodiek tussen de verschillende deelnemers. Kroymans, Stern, Markeur en Nefkens begonnen in 2005 met de Auto Schadeherstel Partner, waar Stern al snel weer uitstapte en het initiatief min of meer slapend verder ging. Ik denk dat ASP iets te vroeg was en dat het initiatief nu meer kans van slagen heeft, zeker als zo’n label zich primair gaat richten op de eigen merken van de aangesloten dealers en vanuit die filosofie een netwerk gaat aanbieden met louter merkerkende (dealerowned) schadeherstelbedrijven. Ook Schadeherstelmeester, waar onder andere Broekhuis lid van is, volgt deze koers.

Concurrentieverhouding

Het zal de concurrentieverhoudingen wel op scherp zetten, want de dealerholdings achter deze keten hebben een groot belang bij de omzet schadedelen en de grote afnemers hiervan zijn de universele ketens. En die zijn dus ook hun grootste concurrenten, in de strijd om de gestuurde schadestroom. Hier is wel de vraag hoe lang nog: PSA neemt inmiddels de distributie en verkoop van onderdelen al in eigen hand.

Johan Schoonhoven, directeur Zilverstad Consultancy

Geplaatst in rubriek:
Johan Schoonhoven
Johan Schoonhoven

Schoonhoven is oud-directeur van Schadegarant, een stichting die namens meerdere  verzekeraars een netwerk van schadeherstelbedrijven onderhoudt. Tegenwoordig is Schoonhoven zelfstandig adviseur en columnist bij Automotive.