Op Bezoek | Voor Lightyear begint de rit nu pas

Op bezoek • Gisteren presenteerde Lightyear zijn zonnecelauto, de One. Voor de vijf voormalige TU/e-studenten die het bedrijf drie jaar geleden zijn gestart, begint het nu pas echt. Een auto ontwikkelen is één, ze in (serie)productie bouwen is een totaal andere tak van sport. De vraag is of het bedrijf niet een heel andere richting in moet slaan.
Bart Kuijpers Bart Kuijpers
• Laatste update:
Het moment suprême. (Foto: Automotive)

Het Lightyear-team had niks aan het toeval overgelaten bij de première van de One, de inmiddels veelbesproken auto die (deels) rijdt op zonne-energie. In een afgeladen theaterzaal op vliegveld Valkenburg, waar normaal gesproken Soldaat van Oranje draait, werd de auto in een gelikte show aan de wereld voorgesteld. Alleen het weer hadden ze niet onder controle. De opluchting moet derhalve groot geweest zijn toen de opkomende zon gisterochtend, om half zes, daadwerkelijk te zien was. En daarmee kreeg de presentatie, die om 05.23 begon, de gedroomde climax toen de deuren van de hangar openden en de vijf studenten die het bedrijf begonnen samen met hun auto, badend in het ochtendzonnetje, een ovationeel applaus in ontvangst mochten nemen.

Wellicht ligt er voor het bedrijf een mooie toekomst weggelegd als toeleverancier van de auto-industrie.

De Lightyear One is zonder meer een bijzondere auto. Bij zonnig weer kan de auto een groot deel (60 tot 80 kilometer) van zijn dagelijkse kilometers op zonne-energie afleggen. Met de elektromotoren opgeteld heeft de auto een WLTP-range van meer dan 700 kilometer (en een ‘koud weer’ range van 400 kilometer, geeft het bedrijf eerlijk toe). Om dat voor elkaar te krijgen moesten er veel hordes genomen worden, vertelde ceo Lex Hoefsloot, die inmiddels leiding geeft aan een bedrijf met 150 medewerkers en een eigen productiehal. De massaal aanwezige pers was onder de indruk van de innovaties op de One. Dat daar een behoorlijk prijskaartje aan hangt, van circa 150 duizend euro, vindt niemand raar. Via Leaseplan is de auto voor 1.900 euro per maand te leasen.

Tesla

Volgend jaar moeten de auto’s daadwerkelijk gebouwd gaan worden. En dan begint het pas écht voor de jonge fabrikant. Het oplossen van de technische uitdagingen is, dankzij het surplus aan TU/e-talent dat het bedrijf aan zich wist te binden, kinderspel vergelijken met de daadwerkelijke productie ervan. Een gelimiteerd aantal One’s bouwen, gaat nog wel, dat kan grotendeels handmatig. Carlo van de Weijer, mentor van de Lightyear-oprichters én inmiddels ook klant, stelde dat van de twintig grote problemen die hij jaren geleden voorzag, het bedrijf er al 15 getackeld heeft. Vooral ook door slim samen te werken. Alles wat niet zelf ontwikkeld hoeft te worden, koopt het in bij andere leveranciers. En vooralsnog lijkt het bedrijf van plan om zelfstandig te groeien; als het echt een serieuze speler wil worden, dan is serieproductie noodzakelijk. En daarvoor is veel geld nodig. Gisteren was er een aparte ruimte voor potentiële investeerders. Of Lightyear uiteindelijk zelf auto’s gaat bouwen, is nog onduidelijk. Hoefsloot hintte er al op dat het bedrijf gebruik wil maken van bestaande productiefaciliteiten. Maar dan nog zijn er op zijn minst tientallen miljoenen nodig. Ter vergelijking: Tesla haalde in de periode 2010-2019 ruim 21 miljard dollar aan kapitaal op en zelfs nu het bijna 100 duizend auto’s per kwartaal bouwt, is het nog niet winstgevend.

Nieuw leven

Nu heeft Lightyear het voordeel dat het is ontstaan in de hart van Brainport Eindhoven/Helmond. De investeringsmaatschappij van de provincie Brabant, de BOM, heeft zeer diepe zakken. Tegelijkertijd hebben bedrijven als Philips, NXP en VDL er hun hoofdkantoor en zijn er vermogende families, zoals Philips en Van Doorne, die veel investeren in de regio. In de regio komen veel initiatieven voort uit dit netwerk, waarbij zeer nadrukkelijk wordt samengewerkt onder de naam Brainport (dat vanaf komend seizoen ook op het PSV-shirt komt te staan). Vanuit deze hoek is er steun voor Lightyear, zo komt een deel van de tot nu toe geïnvesteerde miljoenen uit dit netwerk. En ook zijn er auto’s gekocht. Maar navraag leert dat het onwaarschijnlijk is dat er voldoende steun is om de regionale auto-industrie aan de hand van Lightyear nieuw leven in te blazen. Op Automotive Inspiration Day kwam mede-oprichter Martijn Lammers vertellen over de strategie van het bedrijf. ‘Misschien was Musk wel te vroeg’.

Showcase

Het enthousiasme bij Lightyear is groot en aanstekelijk. Maar de vraag: hoe nu verder? is een zeer complexe. Hopelijk staat het toenemende enthousiasme de realiteitszin niet in de weg. De productie van de eerste batch One’s krijgt het bedrijf – eventueel met hulp van de Brainport-partners – nog wel gefinancierd. Maar de stap naar serieproductie lijkt een te grote. De beste kans is wellicht om onder de vleugels van een fabrikant verder te kunnen werken aan de zonneceldroom. Vooralsnog zijn die echter sceptisch (zie kader ‘Inspanning niet waard’) maar als Lightyear zijn belofte weet waar te maken, dan kan dat snel veranderen. Of wellicht ligt er voor het bedrijf een rol weggelegd als toeleverancier van de auto-industrie. De ontwikkelingskracht is er, de eerste innovaties (en patenten) zijn er en vooral is heel veel focus. De One zou dan de ideale showcase zijn van de eigen innovaties. De grote autofabrikanten zetten daarentegen hun tijd en geld liever in op elektrisch- en autonoom rijden. En daarmee laten ze voor Lightyear het gat vallen dat de basis vormt voor een zonnige toekomst als toeleverancier. 

Inspanning niet waard

BMW-topman Klaus Fröhlich, die als lid van de raad van bestuur van BMW AG verantwoordelijk is voor onderzoek en ontwikkeling, gelooft niet in zonnecellen. Dat zegt hij tegen het AD. “Wij hebben hetzelfde geprobeerd. Als je kijkt naar het oppervlak van een auto, kan je heel gemakkelijk berekenen hoeveel zonnepanelen je nodig hebt. Een gewoon, modern zonnepaneel van bijna 1,7 bij 1,0 meter produceert in het gunstige geval, als de invalshoek van het zonlicht perfect is, ongeveer 180 Watt-uur per vierkante meter. Een auto kan je met hooguit zes vierkante meter aan zonnecellen bekleden. Je kan dus maximaal 1,2 kiloWatt-uur uit die panelen halen, onder ideale omstandigheden. En geloof mij, met 1,2 kiloWatt-uur kom je niet ver. We hebben onze glazen panorama-daken al eens met een folie bekleed waarin zonnecellen verwerkt zaten. Dat was maar net genoeg om het elektrische systeem van de airco te voeden”, tekent het AD op uit de mond van Fröhlich, die de Lightyear One heeft gezien. “Er zijn telkens weer start-ups die denken dat ze het anders of beter kunnen, maar je hebt nu eenmaal te maken met de natuurwetten. Die kan je niet veranderen. Zonnepanelen op een auto zijn misschien interessant voor bepaalde comfortfuncties van een auto, maar niet om er kilometers mee af te leggen. En zelfs voor die comfortfuncties, is het eigenlijk de inspanning niet waard, omdat het al aanwezige batterijenpakket daar gemakkelijk in kan voorzien.”

Op bezoek

De redactie van Automotive bezoekt tal van evenementen in de branche. In de online-rubriek Op bezoek leest u wat ons daarbij opviel. Wat: De première van de Lightyear One / Wanneer: Dinsdag 25 juni om 05.23 uur / Waar: Theaterzaal Vliegveld Valkenburg / Aantal bezoekers: circa 1.000 / Doelgroep: Medewerkers Lightyear, pers, klanten, stakeholders en familie en vrienden.

Geplaatst in rubriek:
Bart Kuijpers
Bart Kuijpers

Bart Kuijpers (’80) werkt sinds 2008 bij Automotive. Hij is als redacteur verantwoordelijk voor de portefeuilles Merkkanaal en Occasions. Bart houdt van voetbal en van Radiohead. Hij rijdt sinds februari '23 een Tesla en is daar erg tevreden (relatief betaalbaar en fantastische software) mee, maar hij is verder geen fan van het merk.

Op Bezoek | Voor Lightyear begint de rit nu pas | Automotive Online

Op Bezoek | Voor Lightyear begint de rit nu pas

Op bezoek • Gisteren presenteerde Lightyear zijn zonnecelauto, de One. Voor de vijf voormalige TU/e-studenten die het bedrijf drie jaar geleden zijn gestart, begint het nu pas echt. Een auto ontwikkelen is één, ze in (serie)productie bouwen is een totaal andere tak van sport. De vraag is of het bedrijf niet een heel andere richting in moet slaan.
Bart Kuijpers Bart Kuijpers
• Laatste update:
Het moment suprême. (Foto: Automotive)

Het Lightyear-team had niks aan het toeval overgelaten bij de première van de One, de inmiddels veelbesproken auto die (deels) rijdt op zonne-energie. In een afgeladen theaterzaal op vliegveld Valkenburg, waar normaal gesproken Soldaat van Oranje draait, werd de auto in een gelikte show aan de wereld voorgesteld. Alleen het weer hadden ze niet onder controle. De opluchting moet derhalve groot geweest zijn toen de opkomende zon gisterochtend, om half zes, daadwerkelijk te zien was. En daarmee kreeg de presentatie, die om 05.23 begon, de gedroomde climax toen de deuren van de hangar openden en de vijf studenten die het bedrijf begonnen samen met hun auto, badend in het ochtendzonnetje, een ovationeel applaus in ontvangst mochten nemen.

Wellicht ligt er voor het bedrijf een mooie toekomst weggelegd als toeleverancier van de auto-industrie.

De Lightyear One is zonder meer een bijzondere auto. Bij zonnig weer kan de auto een groot deel (60 tot 80 kilometer) van zijn dagelijkse kilometers op zonne-energie afleggen. Met de elektromotoren opgeteld heeft de auto een WLTP-range van meer dan 700 kilometer (en een ‘koud weer’ range van 400 kilometer, geeft het bedrijf eerlijk toe). Om dat voor elkaar te krijgen moesten er veel hordes genomen worden, vertelde ceo Lex Hoefsloot, die inmiddels leiding geeft aan een bedrijf met 150 medewerkers en een eigen productiehal. De massaal aanwezige pers was onder de indruk van de innovaties op de One. Dat daar een behoorlijk prijskaartje aan hangt, van circa 150 duizend euro, vindt niemand raar. Via Leaseplan is de auto voor 1.900 euro per maand te leasen.

Tesla

Volgend jaar moeten de auto’s daadwerkelijk gebouwd gaan worden. En dan begint het pas écht voor de jonge fabrikant. Het oplossen van de technische uitdagingen is, dankzij het surplus aan TU/e-talent dat het bedrijf aan zich wist te binden, kinderspel vergelijken met de daadwerkelijke productie ervan. Een gelimiteerd aantal One’s bouwen, gaat nog wel, dat kan grotendeels handmatig. Carlo van de Weijer, mentor van de Lightyear-oprichters én inmiddels ook klant, stelde dat van de twintig grote problemen die hij jaren geleden voorzag, het bedrijf er al 15 getackeld heeft. Vooral ook door slim samen te werken. Alles wat niet zelf ontwikkeld hoeft te worden, koopt het in bij andere leveranciers. En vooralsnog lijkt het bedrijf van plan om zelfstandig te groeien; als het echt een serieuze speler wil worden, dan is serieproductie noodzakelijk. En daarvoor is veel geld nodig. Gisteren was er een aparte ruimte voor potentiële investeerders. Of Lightyear uiteindelijk zelf auto’s gaat bouwen, is nog onduidelijk. Hoefsloot hintte er al op dat het bedrijf gebruik wil maken van bestaande productiefaciliteiten. Maar dan nog zijn er op zijn minst tientallen miljoenen nodig. Ter vergelijking: Tesla haalde in de periode 2010-2019 ruim 21 miljard dollar aan kapitaal op en zelfs nu het bijna 100 duizend auto’s per kwartaal bouwt, is het nog niet winstgevend.

Nieuw leven

Nu heeft Lightyear het voordeel dat het is ontstaan in de hart van Brainport Eindhoven/Helmond. De investeringsmaatschappij van de provincie Brabant, de BOM, heeft zeer diepe zakken. Tegelijkertijd hebben bedrijven als Philips, NXP en VDL er hun hoofdkantoor en zijn er vermogende families, zoals Philips en Van Doorne, die veel investeren in de regio. In de regio komen veel initiatieven voort uit dit netwerk, waarbij zeer nadrukkelijk wordt samengewerkt onder de naam Brainport (dat vanaf komend seizoen ook op het PSV-shirt komt te staan). Vanuit deze hoek is er steun voor Lightyear, zo komt een deel van de tot nu toe geïnvesteerde miljoenen uit dit netwerk. En ook zijn er auto’s gekocht. Maar navraag leert dat het onwaarschijnlijk is dat er voldoende steun is om de regionale auto-industrie aan de hand van Lightyear nieuw leven in te blazen. Op Automotive Inspiration Day kwam mede-oprichter Martijn Lammers vertellen over de strategie van het bedrijf. ‘Misschien was Musk wel te vroeg’.

Showcase

Het enthousiasme bij Lightyear is groot en aanstekelijk. Maar de vraag: hoe nu verder? is een zeer complexe. Hopelijk staat het toenemende enthousiasme de realiteitszin niet in de weg. De productie van de eerste batch One’s krijgt het bedrijf – eventueel met hulp van de Brainport-partners – nog wel gefinancierd. Maar de stap naar serieproductie lijkt een te grote. De beste kans is wellicht om onder de vleugels van een fabrikant verder te kunnen werken aan de zonneceldroom. Vooralsnog zijn die echter sceptisch (zie kader ‘Inspanning niet waard’) maar als Lightyear zijn belofte weet waar te maken, dan kan dat snel veranderen. Of wellicht ligt er voor het bedrijf een rol weggelegd als toeleverancier van de auto-industrie. De ontwikkelingskracht is er, de eerste innovaties (en patenten) zijn er en vooral is heel veel focus. De One zou dan de ideale showcase zijn van de eigen innovaties. De grote autofabrikanten zetten daarentegen hun tijd en geld liever in op elektrisch- en autonoom rijden. En daarmee laten ze voor Lightyear het gat vallen dat de basis vormt voor een zonnige toekomst als toeleverancier. 

Inspanning niet waard

BMW-topman Klaus Fröhlich, die als lid van de raad van bestuur van BMW AG verantwoordelijk is voor onderzoek en ontwikkeling, gelooft niet in zonnecellen. Dat zegt hij tegen het AD. “Wij hebben hetzelfde geprobeerd. Als je kijkt naar het oppervlak van een auto, kan je heel gemakkelijk berekenen hoeveel zonnepanelen je nodig hebt. Een gewoon, modern zonnepaneel van bijna 1,7 bij 1,0 meter produceert in het gunstige geval, als de invalshoek van het zonlicht perfect is, ongeveer 180 Watt-uur per vierkante meter. Een auto kan je met hooguit zes vierkante meter aan zonnecellen bekleden. Je kan dus maximaal 1,2 kiloWatt-uur uit die panelen halen, onder ideale omstandigheden. En geloof mij, met 1,2 kiloWatt-uur kom je niet ver. We hebben onze glazen panorama-daken al eens met een folie bekleed waarin zonnecellen verwerkt zaten. Dat was maar net genoeg om het elektrische systeem van de airco te voeden”, tekent het AD op uit de mond van Fröhlich, die de Lightyear One heeft gezien. “Er zijn telkens weer start-ups die denken dat ze het anders of beter kunnen, maar je hebt nu eenmaal te maken met de natuurwetten. Die kan je niet veranderen. Zonnepanelen op een auto zijn misschien interessant voor bepaalde comfortfuncties van een auto, maar niet om er kilometers mee af te leggen. En zelfs voor die comfortfuncties, is het eigenlijk de inspanning niet waard, omdat het al aanwezige batterijenpakket daar gemakkelijk in kan voorzien.”

Op bezoek

De redactie van Automotive bezoekt tal van evenementen in de branche. In de online-rubriek Op bezoek leest u wat ons daarbij opviel. Wat: De première van de Lightyear One / Wanneer: Dinsdag 25 juni om 05.23 uur / Waar: Theaterzaal Vliegveld Valkenburg / Aantal bezoekers: circa 1.000 / Doelgroep: Medewerkers Lightyear, pers, klanten, stakeholders en familie en vrienden.

Geplaatst in rubriek:
Bart Kuijpers
Bart Kuijpers

Bart Kuijpers (’80) werkt sinds 2008 bij Automotive. Hij is als redacteur verantwoordelijk voor de portefeuilles Merkkanaal en Occasions. Bart houdt van voetbal en van Radiohead. Hij rijdt sinds februari '23 een Tesla en is daar erg tevreden (relatief betaalbaar en fantastische software) mee, maar hij is verder geen fan van het merk.