Wiebes: Verkoop is geen optie voor Apollo Vredestein
Minister Eric Wiebes van Economische Zaken heeft meerdere gesprekken met de directie van Apollo Vredestein gevoerd. Hieruit komt naar voren dat een eventuele verkoop van de fabriek in Enschede geen onderwerp is voor de bandenfabrikant. Dat blijkt uit de beantwoording van Kamervragen die gesteld zijn door de Tweede Kamerleden Amhaouch en Hilde Palland (beiden CDA) aan Wiebes.
De minister heeft zowel met eigenaar Apollo en de directie van de fabriek in Enschede gesproken, als ook met een delegatie van de ondernemingsraad. “Hieruit begrijp ik dat de OR geen vertrouwen meer heeft in de directie. Onder meer omdat de OR van mening is dat de directie onvoldoende heeft gekeken naar het alternatieve plan van de OR. De directie is van mening dat het plan gebaseerd is op verkeerde cijfers en aannames en houdt grotendeels vast aan het oorspronkelijke reorganisatieplan”, schrijft Wiebes. OR-lid Martin Schulte vertelde eerder in de Automotive Livestream dat het contact tussen directie en fabriek volledig is verdwenen.
Verlies arbeidsplaatsen
De bewindsman stelt dat er achter de schermen intensief contact is met Apollo Vredestein. “Gezien de huidige marktcondities is enig verlies van arbeidsplaatsen niet uit te sluiten”, reageert Wiebes. De bandenfabrikant wil 686 banen schrappen, waar de OR denkt dat er maximaal 200 banen geschrapt hoeven te worden. Wel geeft de minister aan dat hij zich maximaal wil inspannen, iets waar Tweede Kamerlid Pieter Omtzigt in een motie om vroeg, om zoveel mogelijk werkgelegenheid te behouden. Een verkoop van de fabriek in Enschede, zoals gewenst door de OR, is volgens de minister geen optie voor Apollo. “Een overname door een derde partij staat niet in de planning van de eigenaar.”
In een reactie op de vraag hoe de fabriek in Hongarije wel winstgevend kan zijn en fabriek in Enschede niet, reageert Wiebes als volgt. “Volgens de directie is het doel van de reorganisatie om de fabriek in Enschede weer winstgevend te maken door de focus te leggen op specialistische banden. De Hongaarse fabriek neemt de productie van de overige segmenten banden op zich.” De minister stelt dat er in Europa inderdaad verschillen zijn in het vestigingsklimaat. “De lagere lonen in Hongarije spelen zeker een rol bij het verlagen van de productiekosten van banden”, aldus Wiebes.
