Op bezoek | Merkerkenning is relatief duur en niet zaligmakend, volgens Bovag
Over het nut en de noodzaak van merkerkend schadeherstel is de afgelopen tijd al heel wat gediscussieerd, maar Bovag rekende gistermiddag tijdens de presentatie van het onderzoek naar merkerkenning definitief af met de veronderstelling dat erkend schadeherstel zaligmakend is. Zo zette Johan Schoonhoven, die het onderzoek uitvoerde voor Bovag, onder meer zijn kanttekeningen bij de terugverdienmogelijkheden in verhouding tot de investeringen. En daarbij zei hij het jammer te vinden dat het onderzoek geen volledig beeld kon geven door het gebrek aan informatie. “Niet alle importeurs konden of wilden informatie verstrekken. Zo is er helaas niets meegenomen over Volvo bijvoorbeeld”, aldus Schoonhoven. “Toyota is het enige merk dat zijn eisenpakket gaf. En Tesla is het enige merk waarvan de eisen heel toegankelijk op internet te vinden zijn.”
Toegang informatie
Duidelijk is in ieder geval dat alle merken minimaal de (gezamenlijke Bovag-Focwa) branchenorm eisen, maar verder verschilt de aanpak nogal. Ook als het gaat om de vereiste investeringen. “De kosten en investeringen zijn relatief hoog en lopen uiteen van vijfduizend euro per jaar -voor Toyota, Nissan of Fiat bijvoorbeeld, tot tienduizend voor de merkerkenning van BMW en een ton voor Jaguar.”, aldus Schoonhoven. Merkspecifieke kennis en kunde is een belangrijk grondbeginsel van merkerkend herstel en daarvoor is de toegang tot technische fabrieksinformatie cruciaal. “Hier heeft een bedrijf met merkerkenning een voorsprong, omdat hij daar automatisch toegang toe heeft. Als een universeel bedrijf de toegang wil hebben tot de informatie van de gangbare merken dan lopen de kosten op jaarbasis al snel op tot zo’n zestigduizend euro. En daarbij is die fabrieksinformatie niet altijd even makkelijk vindbaar en variëren de abonnementsvormen van een uur tot een dag. Daar moet je erg mee opletten dus.”
Vooral de opleidingseisen moeten scherp bekeken worden
Merkerkenning kan een kostbare zaak zijn dus, terwijl er geen terugverdiengaranties zijn en een schadebedrijf altijd het risico loopt de erkenning te verliezen als de dealer waarmee het contract is afgesloten, zijn dealercontract kwijtraakt. Toine Beljaars, voorzitter Bovag Schadeherstel, noemt de driehoeksrelatie importeur-dealer-schadehersteller niet voor niets een kwetsbare en ‘ietwat rare’ verhouding. Beljaars is er dan ook veel aan gelegen om de juridisch kwetsbare positie van schadeherstellers als agendapunt op te voeren in gesprekken met importeurs. Iets anders is dat Bovag van mening is dat de branchenorm aangepast en gemoderniseerd moet worden, wil de branche de achterstand inlopen die het heeft opgedaan op het gebied van kennis en het opleidingsniveau. “Ik vind het compleet achterhaald dat een AST-diploma jarenlang geldig is, terwijl de techniek in rap tempo versnelt. Permanente educatie is echt een noodzaak”, aldus Beljaars. Binnenkort staan de eerste evaluatiegesprekken met Focwa gepland om de branchenorm inhoudelijk te bespreken, maar wat betreft Beljaars is klip en klaar dat er op diverse punten geschaafd moet worden. “Vooral de opleidingseisen moet scherp bekeken worden. De inhoudelijke opzet van Autotech (het initiatief van een schade-consortium, red.) is wellicht een goed voorbeeld en lijkt een serieus alternatief.”
Calculatiemodel
Of je nu merkerkend bent of niet: de clou is en blijft dat je als schadehersteller af moet van het idee dat je alle merken zelf kunt blijven repareren. Herstel conform fabrieksnormen is voor alle bedrijven weliswaar mogelijk, zo luidt de conclusie van het onderzoek, mits de aantoonbaarheid van het werk maar transparant is. Maar focus op een aantal merken, laat je niet uit het veld slaan omdat het aantal te vergeven merkerkenningen zijn max heeft bereikt en trek tijd en geld uit voor opleidingen en je eigen bedrijfsplan.
Dat was ook meteen het andere, belangrijke onderwerp van de bijeenkomst: de introductie van een kostprijs calculatiemodel, waarmee Bovag wil bouwen aan een branchebarometer voor de schadebranche. “Er zijn nu maar zeer beperkte cijfers beschikbaar”, vindt Frank Ruygrok, manager Bovag Schadeherstel. Bovag deed de afgelopen maanden een pilot bij zes bedrijven, die zeiden het een interessant instrument te vinden. Als alles goed gaat én er voldoende deelnemers zijn – minimaal 100 – wil de branchevereniging volgend voorjaar met de tool aan de slag. Om te kunnen benchmarken, maar ook om de ‘wat als’-vraag te kunnen beantwoorden. Zo is een handige what if-functie ingebouwd. “Hiermee kan een ondernemer precies zien wat er met je kostprijs gebeurt als je wilt investeren.”
Als er één ding gisteren duidelijk moest worden is dat als het aan Bovag ligt, er dit najaar nog een aantal belangrijke stappen gemaakt worden. Dat alle branchegenoten én de beide brancheorganisaties elkaar harder lijken nodig te hebben dan ooit, begint meer dan ooit zichtbaar te worden.
Op bezoek
De redactie van Automotive bezoekt tal van evenementen in de branche. In de online-rubriek Op bezoek leest u wat ons daarbij opviel. Wat: Bovag Schade event / Wanneer: 12 september 2019 / Waar: Bovag, Bunnik / Aantal bezoekers: circa 100 / Doelgroep: leden van Bovag schadeherstel, stakeholders
