Connected Car ABC (3) Wat zijn neutrale dataplatforms?
Sinds het ontstaan van het fenomeen connected car bestaat ook de discussie waarmee die voertuigen dan verbonden moeten en mogen worden: ofwel waar ze hun data naartoe sturen. Autofabrikanten vinden dat de data die uit hun eigen auto’s komen, ook naar hun servers gestuurd moeten worden. De aftermarket en universele autobedrijven vinden dat ook zij moeten kunnen beschikken over de data uit de auto’s van hun klanten. Het liefst zonder tussenkomst van de autofabrikant.
In de Europese Commissie wordt er inmiddels gewerkt aan regels om ervoor te zorgen dat consumenten zelf kunnen bepalen waar deze autodata naartoe gaan. Vrijwel iedereen in de autobranche is het er wel over eens dat de automobilist dat ook zelf over moet kunnen bepalen, alleen over de manier waarop dit geregeld moet worden is discussie. Autofabrikanten vinden omwille van veiligheid en privacy dat zij het platform moeten bieden, het universele kanaal wil hier een neutraal dataplatform voor.
Wat is een neutraal dataplatform?
Een dataplatform is een cloudserver, zoals we die kennen van bijvoorbeeld de iCloud van Apple, maar dan voor de autobranche. Met neutraal wordt bedoeld dat deze cloudserver niet in het bezit is van een autofabrikant of leverancier. De verwachting is dat zulke platforms digitale marktplaatsen worden voor de data uit auto’s.
Hoe werkt het?
Alle auto’s met een internetverbinding sturen de data die hun sensoren, camera’s, radars en andere systemen verzamelen, naar een centrale server die door een apart daarvoor opgericht bedrijf of instantie beheerd wordt. De bezitter van de auto geeft deze beheerder door welke partijen deze data mogen gebruiken. Dat kunnen autofabrikanten zijn, garagebedrijven, navigatiediensten, verzekeraars, onderzoeksbureau’s of wie er dan ook belang heeft bij informatie uit auto’s.
Wat kun je er mee?
Autobedrijven kunnen via zo’n neutrale dataserver achterhalen welke auto’s uit hun klantenbestand toe zijn aan een onderhoudsbeurt, storingen signaleren, foutcodes op afstand uitlezen en wissen, maar ook contact leggen met de eigenaar voor een werkplaatsafspraak. Door data uit een auto te analyseren kan een autobedrijf ook advies op maat geven: hij weet hoe de auto gebruikt wordt en kan daardoor aanbiedingen doen voor onderhoudsproducten of accessoires.
In welke auto’s zit het?
In theorie kan iedere auto met een internetverbinding data naar een neutraal dataplatform sturen. Alle auto’s die vanaf april dit jaar nieuw worden verkocht in Europa zijn verbonden met internet vanwege het verplichte e-call systeem. De meeste jonge auto’s hebben al zo’n systeem aan boord. Zoals Onstar van Opel, Me Connect van Mercedes-Benz en Connected Drive van BMW. Tot nu toe heeft alleen BMW toezeggingen gedaan over het delen van data via een onafhankelijk platform.
Wat zijn de verwachtingen?
Afgelopen jaar werd een van de eerste open dataplatforms voor de automotive aftermarket geopend: Caruso. Caruso is een zelfstandig bedrijf met grote onderdelenfabrikanten als Bosch, Continental, ZF (Openmatics) en Schaeffler als aandeelhouder. Maar ook dataleverancier Tec Alliance (Tecdoc) inkoopcombinatie voor onderdelen ATR en de Duitse grossiersgoep Carat. Caruso zoekt nog naar grote werkplaatsketens en grossiersgroepen die zich willen aansluiten.
Het nadeel van Caruso is dat de eigenaar vooralsnog afhankelijk is van de bereidheid van autofabrikanten om de voertuigdata door te sturen. Tot nu toe heeft alleen BMW gezegd dat het bereid is om dit te doen, maar er wordt wel met enige scepsis naar gekeken: wie controleert of BMW daadwerkelijk alle informatie deelt of de meest relevante voor zichzelf houdt? BMW kondigde vorig jaar al aan de datastroom via de OBD af te knijpen. Het wachten is nu op de regels die er voor zorgen dat voertuigdata rechtstreeks naar servers als die van Caruso gaan of in ieder geval zonder filter via fabrikanten wordt doorgestuurd.
De Duitse vereniging van autofabrikanten VDA stelt net als de Europese autofabrikantenkoepel Acea voor dat auto’s hun data naar een neutrale cloudserver sturen vanwaar de data in delen verspreid of afgenomen kan worden. Geïnteresseerde partijen kunnen daarbij wel toegang krijgen tot bepaalde stukjes data. Welke data dat zijn, wordt in het voorstel van de VDA door de fabrikant bepaald. De server verdeelt de data onder in vijf categorieën waaronder data voor de verkeersveiligheid, automerk-specifieke diensten, voertuigsysteeminformatie en privacygerelateerde gebruikersdata. Branchevereniging Cecra, waar onder meer Bovag bij is aangesloten wil dat enkel en alleen de consument bepaalt wat er met zijn data gebeurt en niet de autofabrikanten.
Lees ook: Wat is DoIp?
en
